De vogelradar

Werking en werkwijze

De vogelradar bestaat uit twee radars van Robin Radar Systems. Een horizontale radar legt vliegtrajecten in 2D vast. Een verticale radar meet de vlieghoogte. Door de twee te combineren, kunnen de vliegtrajecten van vogels in 3D worden weergegeven. De radars detecteren vogels tot 6 kilometer afstand en 1,5 kilometer hoogte.

De vogelradar verzamelt data over vliegrichting, snelheid, afstand, en de grootte van de vogels (klein, gemiddeld, groot of een zwerm). Om de kwaliteit van de data te verbeteren, wordt ruis veroorzaakt door windmolens, vliegtuigen en weersomstandigheden eruit gefilterd. Vogelexperts van Waardenburg Ecology valideren de kwaliteit van de data door de radarbeelden te vergelijken met hun eigen waarnemingen.

Locaties

Halverwege 2024 zijn er acht vogelradars actief, op de volgende locaties:

• Het Offshore Expertise Centrum
• Gasplatform K14 (Windpark IJmuiden Ver gepland)
• Windpark Borssele Platform Alpha
• Windpark Borssele Windturbine BB7 
• Windpark Hollandse Kust West Platform Alpha
• Windpark Hollandse Kust Zuid Platform Alpha
• Windpark Luchterduinen Windturbine 42

Data opvragen

De met de vogelradar ingewonnen data zijn op dit moment nog niet direct beschikbaar. Dit komt doordat er veel nabewerking nodig is. De openbare data kunnen worden opgevraagd bij Joris Diehl, service delivery manager eco-sensoren bij Rijkswaterstaat (joris.diehl@rws.nl).

Afnemers en toepassingen

De data worden onder andere gebruikt voor het Start/Stop-project, dat vogeltrek voorspelt op basis van weersverwachtingen. Aan de hand van deze voorspellingen kunnen windmolens op de Noordzee tijdelijk worden stilgezet, om botsingen met vogels te voorkomen. Daarnaast worden de data gebruikt door wetenschappers van de Universiteit van Amsterdam en adviseurs van Waardenburg Ecology. Rijkswaterstaat gebruikt de data voor het Wind op Zee Ecologisch Programma (WOZEP), dat de ecologische impact van windenergie op zee onderzoekt.