De Noordzee is een van de drukst bevaren zeeën ter wereld. De ambitie is om de komende jaren meer windenergie op zee te produceren om de klimaatdoelstellingen te halen. Doordat er meer windparken gebouwd worden kan dit van invloed zijn op de scheepvaartveiligheid. Rijkswaterstaat doet daarom onderzoek op dat gebied, zodat maatregelen genomen kunnen worden om de scheepvaartveiligheid op peil te houden. Hiervoor is het Monitorings- en Onderzoeksprogramma Scheepvaartveiligheid Wind op Zee (MOSWOZ) opgezet. Binnen dit programma wordt samen met de Kustwacht onderzoek gedaan naar het effect op de scheepvaartveiligheid van windparken op zee.
Het MOSWOZ-programma
Het uitgangspunt van de Rijksoverheid is dat het veiligheidsniveau op zee behouden en waar mogelijk verbeterd wordt. Uit onderzoek van Maritime Research Intsitute Netherlands (MARIN) blijkt dat de kans op aanvaringen tussen schepen en windturbines aanzienlijk toeneemt met de komst van nieuwe windparken. Het MOSWOZ programma is ingericht om deze kans verkleinen. Zo wordt er o.a. geanalyseerd wat de mogelijke scenario’s zijn als een schip tegen een windturbine vaart of drijft. Ook worden de risico’s in kaart gebracht van wanneer een schip door een windpark vaart versus omvaart. Daarnaast wordt er ook kennis en inzichten uitgewisseld met onze buurlanden over beleids- en beheersmatige zaken voor scheepvaartveiligheid in en om windparken op zee.
De digitale Noordzee en MOSWOZ
Monitoring is de basis voor het onderzoeksprogramma MOSWOZ. Voor hun onderzoek en om te weten wat er speelt op de Noordzee worden data verzameld. Denk aan welke routes schepen varen, het aantal ongevallen op zee en hoe de wind en golven zijn rond een windpark. Deze data geeft ook inzicht in de effecten van extra windparken op de scheepvaartveiligheid. Onderzoeksinstituut MARIN, de Kustwacht en Rijkswaterstaat (MIVSP) leveren de data voor monitoring.